“So, dat siet er lekkerrr uit.”
Bep praat plat Amsterdams.
Haar scootmobiel verspert het fietspad. Ik loop in het Noorderpark, dat net vandaag feestelijk wordt geopend. Ze kijkt naar de taart in mijn hand.
Bep is zeker 30 kilo te zwaar.
Ze ziet eruit alsof ze nooit meer uit haar karretje komt. Aan beide kanten puilt haar lichaam over de zitting. Haar kleding is vaal. In haar vest zitten gaten.
We raken in gesprek.
Over haar verleden en de moeizame verhouding met haar familie. Na gedoe over een erfenis is het hele zaakje uit elkaar geklapt.
Ze ziet haar kinderen niet meer. De één woont in Amerika en van de ander heeft ze al jaren niets meer gehoord.
“Ze zijn alleen in me geïnteresseerd als er geld is”, zegt ze.
Ze klinkt niet verbitterd, gek genoeg.
“Ha Bep, hoe gaat ie?” En: “Ben je lekker op stap”, klinkt het om ons heen. Terwijl we daar staan wordt ze begroet en aangesproken. Een vrouw omhelst haar; ze oogt als een ex-verslaafde die al lang geen douche meer heeft gezien. Bep lacht naar haar.
“Ze hep het moeilijk”, verklaart Bep als ze weg is. “Ze komt vaak langs en ik stop haar dan wat toe.”
Niet dat ze het kan missen van haar WAO-tje. Ze noemt een bedrag waarvan ik mij geen voorstelling kan maken hoe je daarvan leeft.
“Maar hoe kom je dan rond?” vraag ik stomverbaasd.
Er volgt een nauwkeurig verslag van wat er maandelijks binnen komt en uit gaat. Ze heeft haar financiën beter op een rij dan ik, besef ik.
Een groot deel gaat op aan huur, licht ze toe. En ja, de eigen bijdrage hè? Met de hulp is ze lang geleden al gestopt. Kan ze niet meer betalen.
Eten? Alles is zo duur geworden sinds de euro.
Ze legt me uit hoe ze elke week drie kant en klaar maaltijden bij de Lidl koopt.
Die deelt ze dan in tweeën. Zo heeft ze elke dag wat.
“Uh, Bep” zeg ik, “de week heeft zeven dagen.”
“Dan eet ik een boterham met een plakje kaas,” zegt ze. “Het is niet alle dagen feest.”
Ik heb al die tijd mijn taart onaangeroerd in mijn hand. Ik kijk naar het stuk. Ik geef het aan haar.
“Oh, dit raakt mij so”, zegt Bep en ze legt haar hand op de mijne. Ik zie een traan.
Ze eet gulzig. Ze geniet zichtbaar van elke hap.
Ik ook.
‘Ik heb een gelukkig jaar achter de rug. Ondanks de misère’.
Eerst koffie. Over uitstelgedrag en 5 overtuigingen om uit te dagen
De DHL man zonder concert. Volhouden in Covid tijden.
‘Je moet positief denken.’ Ken je dat advies? Hoe een simpele rol behang je wél helpt negatieve gedachten te keren (plus een werkvorm).