Pfff …. daar gaan we weer. Ik heb net mijn buurman uitvoerig verteld wat ik ervaren heb tijdens de oefening, moet ik het wéér delen. Nu met de groep. En aanhoren wat anderen nog te melden hebben.
Ik voel de energie zakken bij elke ronde. Wat een tijdverlies. Kunnen we niet door?
Het begrip debriefing -ofwel het nabespreken van een activiteit- is in trainingsland een gangbare term geworden, overgewaaid uit het Amerikaanse leger.
Het is niets anders dan de koppen bij elkaar steken na een militaire actie en lessen trekken uit het gebeurde.
In de hoop dat ze niet dezelfde fout maken. En weer op een mijn lopen.
Hallo, we zitten in trainingsland toch niet in een oorlogssituatie?
Nee, dus waarom doen we het? Als facilitator of trainerdebriefen we wat af.
We vragen deelnemers wat ze hebben ervaren na een oefening en wat ze daaruit leren.
Of dat delen nu in tweetallen of met de hele groep is, maakt voor nu niet zoveel uit.
We hebben de aanname dat nabespreken belangrijk is voor het leerproces.
Dus doen we dat braaf: in twee- of viertallen of met de hele groep.
Nabespreken is een automatische piloot geworden, net zo vanzelfsprekend als het namenrondje en de koffiepauze.
We vragen ons niet af waarom we het doen. En het is kostbare tijd die we beter kunnen gebruiken.
Is nabespreken van een activiteit altijd nodig en wat levert het op? Is het delen van de ervaring essentieel voor leren? En waaruit blijkt dat?
Is het niet een automatisch trainingsmechanisme dat toe is aan herziening?
De debriefing dient vooral jou, de begeleider.
Je wilt immers weten wat je deelnemers ervaren én zicht houden op het leer- en groepsproces. Zodat je kan afstemmen met jouw verwachtingen en de leerdoelen. En bijstellen indien nodig.
Hoe minder ervaren de trainer, hoe meer hij wil nabespreken. Omdat hij nog niet voldoende vertrouwen heeft in het proces. Of in zichzelf.
Nabespreken geeft ons de illusie dat we controle houden over het leerproces van de groep.
Hoe bespreek je effectief na?
De workshop Hoe haal je de wijsheid van de groep naar boven? gaat over het gebruik van interactieve en speelse werkvormen in groepen en hoe deze te vertalen naar de leerdoelen van de groep.
Deze gaf ik onlangs op het congres voor the International Assocation of Facilitators, samen met Gijs van Bilsen.
We gebruikten hiervoor de Six Phases of Debriefing van Thiagi, grootmeester in het interactief vormgeven van leer- en ontwikkelprocessen
Volgens Thiagi is debriefing na een activiteit noodzakelijk om gezamenlijk nieuw gedrag en inzichten te verhelderen.
Zijn reflectievragen na een activiteit komen kort hierop neer:
Wat voel je? Zelf vraag ik liever: wat heb je ervaren? Niet iedereen praat even makkelijk over zijn gevoel.
Wat gebeurde er? De fase van het ophalen en vergelijken van belangrijke gebeurtenissen tijdens de activiteit.
Wat heb je geleerd? Het formuleren van gedragsprincipes op basis van de ervaring.
Hoe verhoudt zich dat tot de werkelijke wereld? Ofwel: wat is de relevantie voor je werk.
Wat als? Dat is de fase van het toepassen van deze inzichten en gedrag in een nieuw (verandering) scenario.
Wat morgen? Acties, gedrag en strategieën bespreken voor de nabije toekomst.
Door op deze manier na te bespreken, krijgen deelnemers snel inzicht in gedragspatronen van de groep en zichzelf.
Het maakt helder hoe iedereen staat tegenover het onderwerp. Bijvoorbeeld Hoe werken wij slimmer samen, of: Hoe spreken wij elkaar beter aan?
Nabespreken is het verhelderen van wat en waarom we doen wat we doen, en hoe het ook anders kan.
Een goede reden om na te bespreken dus?
Ja, als je wil reflecteren op gedrag en vaardigheden is een goededebrief nuttig.
Het is een mentale vertaling van de gemeenschappelijke ervaring.
Het verdiept het onderwerp en leert de groep naar elkaars ervaringen te luisteren: Hé… zo had ik het nog niet bekeken.
Of : Ik wist niet dat jij dat zo voelde.
Maar moet echt alles besproken en gedeeld worden?
Stop met de plenaire debriefing was de stelling van Ruben van der Laan op hetzelfde IAF congres.
Zijn doel was het onderzoeken van de toegevoegde waarde vandebriefen.
Het sloot aan bij mijn opvatting dat begeleiders en trainers vaak nabespreken zonder dat er een noodzaak is.
De nadelen van debriefing zijn duidelijk: het is een energiekiller en het haalt de groep uit de flow van het proces. Een ervaring die we als trainer wel kennen.
Het is ook een herhaling van zetten: als de ervaring krachtig genoeg is, voegt bespreken weinig toe.
Integendeel. Nabespreken is dan onnodig tijdverlies.
En zzzzz… plenair delen is slaapverwekkend.
Als voordeel concludeerden we: het benoemen van patronen en gedrag, verhogen eervermogen van de groep, tijdwinst, overzicht voor de trainer en inzichten horen van de rest van de groep: hoe sta jij erin?
Debriefen is dus ook afstemmen op het gedrag van de anderen.
Delen heerlijk? Besef dat al gauw 30% van je deelnemers introvert is en zenuwachtig wordt van je vraag alleen al.
Voor hen is het steeds moeten delen met anderen een nachtmerrie.
Geef dus altijd de keus om individueel te reflecteren op de activiteit.
Waar moet een goede debriefing aan voldoen?
Er moet sprake zijn van een relevante vraag of onderwerp voor álle deelnemers, het gebeurt gestructureerd en in een informele setting.
Reflectie kan op meerdere, creatieve manieren, zoals tekenen of schrijven. Praten wordt zwaar overschat als manier om inzicht te krijgen.
Een goede procesbegeleider heeft naast de nodige tools en ervaring, een sterk ontwikkeld gevoel voor intuïtie en een goed waarnemingsvermogen.
Hij of zij beheerst de kunst van de juiste vragen stellen, heeft zicht op het proces en ziet wat nodig is.
Als hij hierop vertrouwt, hoeft hij minder plenair na te bespreken.
Een ervaren begeleider dient het lef en de kunde van het NIET debriefen te beheersen.
De rest bespreek je bij de borrel: de beste debriefing die er is. Behalve in het leger.
‘Ik heb een gelukkig jaar achter de rug. Ondanks de misère’.
De DHL man zonder concert. Volhouden in Covid tijden.
‘Je moet positief denken.’ Ken je dat advies? Hoe een simpele rol behang je wél helpt negatieve gedachten te keren (plus een werkvorm).
Leve de speechschrijver! Hoe Willem Alexander schittert en ons raakt.